Watermeloen

Watermeloen is officieel een groente, en behoort net als de pompoen, de augurk en de courgette, tot de komkommerachtigen. Oorspronkelijk komt de watermeloen uit Zuid-Afrika, maar de grootste teelt vindt al eeuwen plaats in China. Pas in de jaren vijftig kwamen de eerste watermeloenen naar Nederland. De vrucht staat bekend om zijn vochtige en zoete vruchtvlees met pitten. Het vruchtvlees is meestal rood, maar kan ook wit, roze, geel of oranje van kleur zijn. Rijpe watermeloenen wegen gemiddeld 2,5 kilogram en bestaan voor 95% uit water. Daarnaast is watermeloen rijk aan verschillende vitamines, vezels, ijzer en kalium.

Watermeloen kun je alleen zelf kweken als je beschikt over een (kleine) kas. Zaai de zaadjes in grote bloempotten met draingaten. Druk per pot één zaadje ongeveer een centimeter de aarde in en geef het voldoende water. Om tot ontkieming te kunnen komen, hebben de zaadjes de eerste dagen veel warmte nodig. Dek de pot af met huishoudfolie, en zet deze op een donkere plek waar het ongeveer 25 graden Celsius is. Na een kleine week, net na de ontkieming, zet je de pot in de kas waar veel licht binnenvalt. De plant van de watermeloen hoeft niet gesnoeid te worden.

Vanaf half augustus is het oogsttijd. Als je op de vrucht klopt en je hoort een dof en hol geluid, dan is het tijd om de rijpe watermeloen te plukken.

Watermeloen is een goede dorstlesser tijdens warm weer. Het is ook een lekkere toevoeging aan een fruitsalade of bowl, in combinatie met andere vruchten zoals ananas, banaan, appel, kers en perzik. Maak eens een bijzonder bijgerecht door de watermeloen in stukjes te snijden en samen met geitenkaas of fetakaas, en blaadjes munt te serveren. Pureer watermeloen en maak zelf een lekkere shake door er wat ijs of yoghurt en frambozen aan toe te voegen.

Hoewel de meeste meloenen buiten de koelkast bewaard moeten worden, is watermeloen het langst houdbaar in de koelkast. Stukken watermeloen zijn afgedekt met huishoudfolie enkele dagen houdbaar.

1. Het kweken van watermeloenen in grote potten heeft als voordeel dat bodemschimmels bijna geen kans krijgen om de watermeloen aan te tasten.
2. Wil je toch in de volle grond planten? Verplaats de plantjes na het ontkiemen van de pot naar de grond in je kas. Ben daarbij wel voorzichtig met het plantje, omdat de wortels gevoelig en breekbaar zijn.
3. De pitjes in het vruchtvlees van de watermeloen kun je heel goed zouten en roosteren. In Azië wordt dit veel gedaan.