Moestuinmaniak Angelo Dorny

In gesprek met Angelo Dorny

Angelo Dorny noemt zichzelf een echte moestuinmaniak. Hij leerde het moestuinieren van zijn opa, toen hij nog een kleine jongen was. Later koos hij voor de agrarische opleiding biotechnische wetenschappen. Zijn bijzonder passie en liefde voor moestuinieren bleef niet onopgemerkt. De media kreeg er lucht van en inmiddels is Angelo hoofdredacteur van het magazine De tuin op tafel, hij heeft zes boeken op zijn naam staan en hij heeft zijn eigen serie op Youtube genaamd: Grow, cook, eat.


Jouw liefde voor moestuinieren is vroeger aangewakkerd door je opa. Wat leerde je van hem waardoor je er zoveel van bent gaan houden?

“Zijn liefde voor tuinieren en met name voor moestuinieren raakte mij. Ik ben zelf ook met deze passie geboren, en daardoor werkte zijn enthousiasme erg aanstekelijk op mij. Mijn opa kwam uit een generatie waar veel mensen nog zelf een volkstuin hadden. Dat komt nu weer helemaal terug. Hij heeft ervoor gezorgd dat ik van de natuur hou en dat ik plantenkennis ontwikkelde. Hij is gestorven toen ik 12 was, maar de jaren die ik met hem heb beleefd waren heel intens.”


Volgens eigen zeggen is het ‘tof in den hof’! Wat maakt een moestuin in jouw ogen zo tof?

“Tuinieren is voor mij pure magie. Het begint met een zaadje en drie maanden later heb je een vrucht. Ik verwonder me nog elke dag over het feit dat we dit zelf in de hand kunnen werken.
Tuinieren is voor mij ook een soort therapie. Ik werk heel veel achter de computer en dan vind ik het geweldig om s’ avonds met mijn handen in de grond te zitten. Bovendien is tuinieren meteen een goede workout. Ik hoef daarna niet meer naar de sportschool.
Het leuke van tuinieren is ook dat je elk jaar weer een nieuwe kans krijgt. Iedereen heeft wel eens tegenslagen. Een groot deel van je succes is afhankelijk van het weer. Een nat voorjaar of een koude zomer. Ik heb ook gewoon te dealen met de grillen van de natuur. En ook dat vind ik mooi aan tuinieren: voor moeder natuur is iedereen gelijk.”


Je lijkt hartstikke druk met schrijven en filmen over moestuinieren. Heb je dan nog wel tijd voor je eigen moestuin?

“Ik werk als zelfstandige en doe veel vanuit huis. Hierdoor kan ik in drukke perioden tussen de bedrijven door toch even mijn tuin ingaan. Mijn moestuin is voor mij een plek waar ik rust vind. En ik prijs me gelukkig dat ik van mijn hobby mijn werk heb kunnen maken. Al is dat ook meteen een valkuil: ik moet ervoor waken dat mijn moestuin niet enkel en alleen werk wordt. Mijn moestuin fungeert namelijk ook als studio voor het magazine De Tuin op Tafel waar ik hoofdredacteur van ben, en voor de boeken en de films die ik maak.

Op Youtube heb ik een eigen serie genaamd Grow, cook, eat. Twee keer per week plaats ik een film: op maandag zie je een tuintip en op vrijdag een recept dat ik in mijn keuken bereid.”

In mijn moestuin vinden alle fotoshoots en opnames plaats. Als ik ter ontspanning in mijn moestuin bezig ben, denk ik wel eens aan wat er tijdens de volgende shoot aan bod kan komen. En dan ben je toch weer bezig met je werk. Daar moet ik voor waken.”


Kun je iets over je moestuin vertellen?

“Dit jaar ben ik verhuisd, ik moet mijn nieuwe moestuin nog aanleggen. Ik wil graag een volledig eetbare tuin, met een combinatie tussen, bloemen, planten, bomen en gewassen. Nu ligt er vooral gras en staat er een kas. In het najaar start ik met het planten van klein fruit, besjes, appels, peren, en knollen zoals knoflook.


Momenteel werk je aan je zevende boek. Je laatste boek Pomodori is het best verkopende tot nu toe. Waar komt dat door denk je?

“In het boek Pomodori beschrijf ik echt mijn passie. Als dertienjarige jongen verzamelde ik verschillende soorten tomaten. Op een plantenmarkt kwam ik in contact met een verkoper die 30 varianten had. Gele, oranje, gestreepte. Dat fascineerde mij. Hij gaf me zaadjes mee en zei: probeer het zelf eens. Toen is mijn zoektocht begonnen. Op internet ben ik in contact gekomen met mensen over heel de wereld die bijzondere tomaten telen. Met deze mensen ben ik tomatenzaadjes gaan ruilen waardoor ik op een gegeven moment 1300 verschillende tomatensoorten had. De media merkte dit op en nodigde mij uit. Ik kwam op tv en kreeg de kans om over tomaten te schrijven. Zo is mijn carrière ontstaan. Tomaten zijn en blijven mijn allergrootste passie. En daar gaat mijn laatste boek Pomodori over.”


Wat kook je graag met je eigen oogst?

“Alles! Ik denk met mijn maag. Als ik ergens ben of ergens naartoe ga, is het eerste dat ik denk: waar hebben ze hier eten?! Ik eet ongelofelijk graag. Ik kook ook heel graag. Er zijn geen dingen die ik niet klaarmaak. Waar ik wel altijd op let, is dat ik kook volgens de seizoenen. Ik ben van het principe dat je tomaten in de zomer eet en spruiten in de winter. Ik zeg niet dat alles uit je eigen moestuin moet komen, maar als ik iets koop zijn het wel altijd lokale, seizoensproducten.”


Wat is de beste tuintip die jouw opa met jou deelde?

“Opa heeft mij altijd geleerd om nooit op te geven. Zowel met tuinieren als met moestuinieren. Zijn motto was: Volgend jaar beter! Niets staat of valt met die ene teelt. Lukt iets niet dan krijg je volgend jaar weer een nieuwe kans. Dit jaar hebben we heel veel last van slakken. En de tomaten deden het in de buitenlucht ook niet goed. Tuinieren staat of valt met goed weer, en dat geldt voor iedereen. Het allerbelangrijkste is dat je er plezier aan beleeft. Dan is moestuinieren elk seizoen weer een leuke uitdaging die je vol enthousiasme aangaat.”


Bekijk Angelo’s serie Grow, cook, eat:


Deel dit artikel:

Ereaders